adviezen > wmo
Advies: WMO
Aanbesteding huishoudelijke zorg in Noord-Nederland. Met de invoering van de WMO worden gemeenten verantwoordelijk om door middel van aanbestedingen huishoudelijke hulp in te kopen. In verband met de nieuwe aanbestedingsronde heeft de SER Noord-Nederland een onderzoek laten uitvoeren naar een meer maatschappelijk verantwoorde manier van aanbesteding door gemeenten. Doel is te komen tot een beter evenwicht tussen doelmatig omgaan met publieke gelden, kwaliteit van de hulp en het waarborgen van de continuïteit van de thuiszorg. De SER NN adviseert de huidige aanbestedingspraktijk aan te passen.
Aanbevelingen
Uit het onderzoek 'Aanbesteden van zorg: zoeken naar balans' dat de SER Noord-Nederland heeft laten uitvoeren, komen de volgende aanbevelingen naar voren:
- Tarieven voor huishoudelijke hulp moeten minimaal hoger zijn dan de kostprijs voor een medewerker in loondienst van een thuiszorginstelling. Dit leidt tot een meer doelmatige inkoop, optimalisatie van de kwaliteit van de hulp en continuïteit in de thuiszorgsector.
- Gemeenten moeten alleen aanbieders contracteren die aantoonbaar goed werkgeverschap tonen.
- Aanbesteden aan de hand van het Zeeuwse model geniet de voorkeur. Het tarief moet in ieder geval hoger zijn dan de kostprijs zodat gemeenten zelf de winstmarge kunnen bepalen. Burgers hebben met dit model een grotere keuzevrijheid, concurrentie vindt plaats op kwaliteit en er is meer garantie op continuïteit van de hulp aan cliënten.
- Gemeenten moeten rekening houden met het wetsvoorstel dat de inzet van alfahulpen beperkt. Dat kan door in de aanbesteding de eis op te nemen dat voor zorg in natura alleen personeel in loondienst mag worden ingezet.
- Gemeenten die bij de volgende aanbesteding HH1 en HH2 willen inkopen doen er goed aan hiervoor één tarief te hanteren. Zo worden de administratieve lasten en de kostprijs verlaagd.
Gemeenten dienen gezamenlijke aan te besteden.
- Gemeenten dienen zorgvuldig te overwegen welke producten ze willen aanbieden in de volgende aanbestedingsronde.
- Gemeenten dienen er in de aanbesteding rekening mee te houden dat zorgaanbieders voortaan bereid moeten zijn personeel van andere aanbieders over te nemen.
- Gemeenten wordt geadviseerd contracten af te sluiten voor een basisperiode van twee jaar met twee keer een verlengingsmogelijkheid van een jaar.
- Gemeenten dienen gezamenlijk aan te besteden. Hierdoor wordt de kostprijs verlaagd en kunnen gemeenten het contractbeheer op één punt beleggen.
Financiële middelen
Als gevolg van de invoering van een nieuwe verdeelsleutel beschikken veel noordelijke gemeenten over te weinig budget om op maatschappelijk verantwoorde wijze aan te besteden. De Raad adviseert het ministerie van VWS haar verantwoordelijkheid te nemen in overleg met de Verenging van Nederlandse Gemeenten.
Uitgangspunten werkconferentie
Tijdens de werkconferentie WMO op 29 januari 2009 zijn de uitkomsten van dit onderzoek besproken met betrokken partijen. Zo heeft de eerste aanbestedingsronde enkele ongewenste effecten gehad, die in de toekomst voorkomen moeten worden. Eén noordelijk aanbestedingsmodel voor huishoudelijke hulp gaat een aantal partijen nog te ver. Zij hebben behoefte aan noordelijke uitgangspunten die een maatschappelijk verantwoorde aanbestedingsronde dichterbij brengen. Deze uitgangspunten zijn:
Kies voor het Zeeuwse model.
- Kies voor het Zeeuwse model.
- Waarborg continuïteit voor werkgever, werknemer en cliënt.
- Voorkom administratieve rompslomp.
- Leer van best-practices, zoals in Veendam.
- Realiseer ketenverbindingen op lokaal en wijkniveau door de bedrijfsvoering te optimaliseren en innovatie te stimuleren.
- Laat gemeenten, zorgaanbieders en medewerkers zich beter aan de spelregels houden en werk meer samen.
- Vroegtijdig betrekken van cliëntenraden of andere vertegenwoordigende partijen bij de aanbesteding is aan te bevelen.
De SER NN heeft het voornemen de Verenigingen van Drentse, Friese en Groninger gemeenten te benaderen om te horen hoe het aanbestedingstraject in de drie provincies is verlopen.
WMO
Download advies