Geen ‘massa is kassa’ maar kwaliteitstoerisme moet het Noorden welvaart brengen

Waar andere delen van het land al decennia profiteren van een bloeiende toeristische sector, liggen er in Noord-Nederland nog volop kansen. De regio moet dan wel op zoek naar de kwaliteitstoerist, die comfort en service wenst. Dus niet langer schnitzel met patat, maar culinaire hoogstandjes voor de toerist van nu.  

Dat komt naar voren in de tweede aflevering van het tv-programma Stand van Noord-Nederland, gemaakt door RTV Noord, RTV Drenthe en Omrop Fryslân samen met SER Noord-Nederland.

Dat toeristen geld in het laatje brengen en goed zijn voor banen bleek wel uit het verhaal van Harry Westers. De geboren Pekelder is eigenaar van achttien Westcord Hotels, een imperium dat in 1987 werd gegrondvest met de bouw van Hotel Seeduyn op Vlieland. Westers: ‘In dat jaar kwamen 80.000 mensen naar het eiland. Nu zijn dat er 220.000, bijna een verdrievoudiging.’  

Rem op uitbreiding

‘Massa is kassa’, redeneert Westers. En hij zou nog meer kunnen profiteren van groei op de Waddeneilanden, mits hij er zou kunnen uitbreiden, want in de drukke periodes is de vraag naar bedden groter dan het aanbod. Maar bestemmingsplannen laten het niet toe.

De trend is naar meer kwaliteit, betere bedden en minder jeugdcampings

Roel Cazemier - burgemeester Terschelling  

Voor Terschelling is het maximaal aantal bedden wel bereikt, reageert burgemeester Roel Cazemier van het eiland. Het ’massa is kassa’-adagium is niet meer waar een eiland als Terschelling het van moet hebben, stelt Cazemier. Want de moderne toerist stelt hoge eisen aan comfort en service. ‘De trend is naar meer kwaliteit, betere bedden en minder jeugdcampings’, zegt Cazemier. ‘We hebben het punt bereikt waarop we zeggen dat het in de kwantiteit nu wel genoeg is.’  

Bezoekersaantallen kunnen hoger

Dat mag dan voor Terschelling zo zijn, vindt econoom Jouke van Dijk, voor het Noorden als geheel kan het aantal bezoekers nog flink omhoog. Waar andere delen van het land al decennia profiteren van een bloeiende toeristische sector, liggen er in Noord-Nederland nog volop kansen.

Zeker in Groningen, betoogt Van Dijk die de provincie omschrijft als ‘het best bewaarde geheim van Noord-Nederland’. De provincie heeft echter slechts een aandeel van 1,5 procent in de landelijke toeristische markt en trekt maar een kwart van het aantal bezoekers van die in Friesland of Drenthe. Potentie is er daarom in Groningen zeker, meent Van Dijk.  

Goed voor de leefbaarheid

Dat bleek volgens hem ook wel toen in de coronaperiode Groningen werd ontdekt door bezoekers uit andere delen van het land. ‘De uitdaging is om die vast te houden en te zorgen dat ze terugkomen.

’Daar waar de economische activiteit op het platteland beperkt is, kan toerisme volgens Van Dijk de leefbaarheid verbeteren. Zodat bijvoorbeeld dorpsvoorzieningen zoals winkels en cafés een boterham kunnen blijven verdienen.

Spreiding van drukte

Ook voor Drenthe zijn de grenzen aan de groei nog lang niet bereikt, zegt marketingstrateeg Yvonne Cornax van promotieorganisatie Marketing Drenthe. ‘Maar we kijken er genuanceerd naar. Drenthe heeft een solide recreatief aanbod, en uit onderzoek blijkt dat de inwoners over het algemeen tevreden zijn met hoe het toerisme zich ontwikkelt. Er is ruimte voor meer, maar we moeten balans bewaren tussen belangen van bewoners, bezoekers, bedrijven en de bestemming zelf’, aldus Cornax.

Een van de grote uitdagingen voor de drie noordelijke provincies is spreiding van de toeristen over het jaar en over de regio. Net als op de Waddeneilanden loopt het in bepaalde gebieden in Friesland en Drenthe in drukke weekenden en tijdens vakanties over met toeristen.

Toch ziet Cornax dit voor Drenthe niet als een probleem. Drenthe blijft volgens haar nog altijd een bestemming waar bezoekers kunnen ontsnappen aan de drukte van alledag, zonder dat het massaal aanvoelt.  

Mensen zijn steeds meer op zoek naar unieke ervaringen

Yvonne Cornax - Marketing Drenthe  

Drenthe wil meer en ook andere gasten trekken door ontwikkeling van nieuwe, minder bekende plekken, zoals met de recente initiatieven rondom Van Gogh in Nieuw-Amsterdam. ‘Omdat mensen steeds meer op zoek zijn naar unieke ervaringen en niet alleen de bekende toeristische trekpleisters willen bezoeken’, zegt Cornax. Het biedt een nieuwe kans aan dorpen en gebieden die tot nu toe minder toeristisch ontwikkeld zijn.  

Geen gezamenlijke promotie

Promotie is een goede manier om meer toeristen naar het Noorden te halen, maar in een gezamenlijke toeristische promotiecampagne van de drie noordelijke provincies zien de gasten aan tafel weinig. De verschillen tussen de drie provincies zijn er te groot voor. ’Drenthe zet in op natuur en rust, terwijl Friesland meer gericht is op watersport. Die verschillen maken gezamenlijke promotie moeilijk’, vindt Cornax van Marketing Drenthe.

Wel zien de experts mogelijkheden voor samenwerking op specifieke punten, zoals bij de ontwikkeling van fietsroutes en verduurzaming van toeristische voorzieningen.

Bekijk hier de hele uitzending